Zorginspectie publiceert beleidsrapporten cardiologisch zorgtraject en herhalingsronde chirurgisch en internistisch zorgtraject in de algemene ziekenhuizen
Zorginspectie rapporteert over de twee recentste inspectierondes: het zorgtraject van de hartpatiënt en de herhalingsronde van het chirurgisch en het internistisch zorgtraject.
Zorginspectie stelt vandaag de rapporten voor over de twee recentste inspectierondes.
Bij elke inspectieronde focust Zorginspectie op eisen die belangrijk zijn voor de kwaliteit van zorg en voor de patiëntveiligheid. De keuze om telkens onaangekondigd te inspecteren benadrukt dat de zaken die er toe doen, dag na dag in orde moeten zijn voor de patiënt.
De inspectieresultaten tonen aan dat de ziekenhuizen in het algemeen zeer goed scoren op vlak van zorg en patiëntveiligheid.
Bij het zorgtraject van de hartpatiënt waren veel elementen overal of bijna overal in orde.
- De gecontroleerde defibrillatoren, monitoren, ECG-toestellen en beademingstoestellen waren bijna allemaal tijdig preventief onderhouden.
- De medische equipes voor hartzorg voldeden overal aan de kwaliteitseisen inzake opleiding.
- De medische en verpleegkundige permanenties voor urgenties voldeden bijna overal aan de kwaliteitseisen.
- Bij zowat alle patiënten gebeurt dagelijks minstens één pijnmeting.
- De verpleegafdelingen krijgen van het operatiekwartier en van de dienst intensieve zorgen de nodige informatie wanneer patiënten worden overgebracht.
Ook bij de herhalingsronde van het internistisch en het chirurgisch zorgtraject waren veel aspecten bijna overal in orde.
- Nagenoeg alle gecontroleerde levensreddende toestellen kregen tijdig een preventief onderhoud.
- Op bijna alle gecontroleerde dagen waren de gecontroleerde parameters in de patiëntendossiers genoteerd, evenals de pijnmeting.
- Quasi alle gecontroleerde medewerkers scoorden in orde op de gecontroleerde vereisten voor handhygiëne.
- Voor nagenoeg alle patiënten werd een ontslagbrief opgemaakt met alle gezochte gegevens.
- Voor ongeveer 9 op de 10 patiënten op het operatiekwartier waren de nodige preoperatieve gegevens beschikbaar.
- Op bijna 9 op de 10 gecontroleerde spuiten en infusen waren de vereiste gegevens vermeld.
Toch ook verbeterpunten
Daarnaast heeft Zorginspectie tijdens deze inspectierondes ook een aantal verbeterpunten vastgesteld.
Bij de inspectieronde van het zorgtraject van de hartpatiënt:
- Het systeem voor reanimatie-oproepen bleek bij ongeveer 1 op 6 van de gecontroleerde verpleegafdelingen niet helemaal sluitend, waardoor niet op elk moment kon gegarandeerd worden dat onmiddellijk aan bed van de patiënt en zonder tijdverlies een reanimatie-equipe kon opgeroepen worden.
- Het opvolgen van het hartritme vanop afstand (telemetrie) was ook niet overal sluitend geregeld.
- Daarnaast waren ongeveer 1 op 7 van de gecontroleerde uitwendige pacemakers niet tijdig preventief geïnspecteerd.
- De verpleegafdelingen krijgen niet altijd de nodige informatie van het cathlab (dienst voor hartcatheterisatie) bij overdracht van een patiënt.
Bij de herhalingsronde van het chirurgisch en internistisch zorgtraject is er vooral verbetering mogelijk bij de doorgedreven opleiding over reanimatie bij de artsen die instaan voor de medische permanentie op de gespecialiseerde spoedgevallendiensten. Deze opleiding was voor 3 op de 10 van de gecontroleerde artsen niet in orde.
Alertheid voor risicosituaties
Ondanks het feit dat ziekenhuizen over het algemeen goed scoren, verbond Zorginspectie aan bepaalde tekorten een "knipperlicht". Knipperlichten zijn vaststellingen die een ernstig risico voor de patiëntveiligheid inhouden, en daarom opnieuw gecontroleerd worden.
In beide inspectierondes werd bij ongeveer 3 op 10 campussen een herinspectie gepland omwille van dergelijke knipperlichten.
Bij het zorgtraject van de hartpatiënt lag dat vooral aan knelpunten met betrekking tot het oproepsysteem voor reanimatie op de verpleegafdelingen en met betrekking tot de opvolging van telemetrie.
Bij de herhalingsronde van het chirurgisch en het internistisch zorgtraject werden vooral knipperlichten vastgesteld op het vlak van de wachtdiensten van artsen voor de spoedafdeling en de MUG, aan het feit dat een patiënt op intensieve zorgen geen identificatiebandje droeg of doordat bij een patiënt onder algemene narcose geen anesthesist aanwezig was in de operatiezaal op het moment van de inspectie. Voor deze onderwerpen waren de resultaten algemeen gezien goed tot zeer goed, maar werd – gezien het risico inzake patiëntveiligheid – het streefdoel van 100% strikt toegepast.
Tijdens hercontroles bleken de vastgestelde knelpunten op alle campussen weggewerkt.
De beleidsrapporten, de perstekst en de individuele inspectierapporten zijn gepubliceerd op www.zorginspectie.be.