Door strengere energieprestatie-eisen worden de gebouwen beter geïsoleerd en wordt er gestreefd naar een hogere luchtdichtheid. Waar oudere, minder geïsoleerde gebouwen onbewust infiltratie-ventilatie (via ramen, ...) hadden, is dat in nieuwe gebouwen niet meer zo.

Gecontroleerd ventileren en verluchten is belangrijk om het binnenmilieu en de luchtkwaliteit gezond en comfortabel te houden. Voor niet-residentiele, ook wel tertiaire, gebouwen genoemd, adviseren we het gebruik van een mechanische ventilatie (Systeem D) of hybride ventilatie aan.

Voor zorggebouwen betoelaagd met VIPA-investeringssubsidies en met een oppervlakte groter dan 1.000 m² is het gebruik van ventilatiesysteem D verplicht (VIPA-duurzaamheidscriterium 2.4.1).